Shell zet met de focus op duurzame alternatieven voor gas en olie hoog in op de energietransitie. Het bedrijf geldt daarbij als een van de grote, invloedrijke spelers die de beoogde veranderingen verder kunnen aanjagen. “Deze impact is voor mij een enorme motivatie om hieraan vanuit mijn vakgebied bij te dragen”, zegt Group IT Architect Ard de Bruijne. Daan Rijsenbrij (architectuurauditor) en Hotze Zijlstra (IT-journalist) doen verslag.
Om continu met nieuwe activiteiten en businessmodellen die de energietransitie met zich meebrengt te kunnen experimenteren en meebewegen, is flexibiliteit van het IT-landschap een harde eis. Shell bouwt daartoe een doordacht landschap op basis van alle gangbare moderne technologieën en ontwerpprincipes. Vooralsnog met behoud van het bestaande. Dat is de balans waarop De Bruijne stuurt.
“We verbouwen het vliegtuig tijdens de vlucht”, zegt de Group IT Architect – elders vaak aangeduid als Chief Architect. “De toekomst wordt groen en digitaal, terwijl het huidige businessmodel grotendeels gebaseerd op fossiele brandstoffen nog steeds zeer winstgevend is. We hebben geen andere keuze dan onze nieuwe activiteiten te financieren uit de traditionele business. Die transitie vergt visie en durf!”
Uitgangspositie
Shell is een wereldwijde speler in energie en petrochemie en bestaat uit vier divisies: ‘Integrated Gas, Renewables and Energy Solutions’, ‘Projects and Technology’, ‘Upstream’ en ‘Downstream’. Die divisies bestaan elk weer uit een groot aantal Classes of Business (CoB’s – oftewel businessunits). In totaal zijn dat er meer dan twintig waaronder Shell Trading, wat weer een onderdeel is van Downstream wat olie, stroom en gas verhandelt. Zelfs meer dan Shell zelf produceert.
Nog ver voordat de energietransitie en de daarmee verband houdende nieuwe businessmodellen zich aandienden was Shell al met digital en data bezig – zelfs voordat het begrip big data ruim tien jaar geleden grotere bekendheid kreeg. “Bij exploratie wordt meer data omhoog gepompt dan olie”, vertelde oud-CIO Downstream Arjen Dorland al rond 2010. Daardoor kon en kan Shell de geologische structuren kilometers diep in de aardkorst visualiseren en analyseren.
Een ander voorbeeld van de eerder doorgevoerde digitalisering is de inspectie van raffinage-installaties op roestvorming in Pernis. Dit wordt niet langer door mensen gedaan, maar waar mogelijk door intelligente drones. Daardoor wordt risicovol werk door inspecteurs vermeden, omdat ze bijvoorbeeld niet meer op ladders hoeven te klimmen.”
IT en architectuur
Shell heeft een IT-groep die groter is dan menig informaticabureau. Het is een door technologie in de breedste zin gedreven onderneming en als zodanig vergelijkbaar met de financiële sector. Digitale architectuur speelt daarbij een cruciale rol.
De organisatie heeft veel karakteristieken die van grote invloed zijn op deze architectuur. Het is zoals gesteld een zeer groot bedrijf, actief in veel landen met een breed portfolio aan activiteiten en producten en/of services. Op het hoogste niveau zijn business, architectuur en IT met elkaar verbonden. Maar ook binnen de CoB’s zitten senior-businessmanagers, architecten en IT-strategy bij elkaar. Ook het IT-management wordt betrokken – ten behoeve van exploitatie en onderhoud.
Architectuur en architecten zijn een integraal onderdeel van het IT-proces. Shell-breed zijn er Enterprise Architecten en gespecialiseerde architecten – zoals op het gebied van security en enterprise data. Op Class of Business-niveau zitten eveneens Enterprise Architecten. Solution Architecten werken op product- en projectniveau (zie kader over structuur en besluitvorming).
De Chief Architect is trots op de sterke inzet van architectuur binnen portfolioplanning en IT-delivery. Maar ook op de sterke empowerment in de IT-governance, met goede betrokkenheid van senior IT-management. De sterke reflectie van architectuur in het IT-landschap is bewonderingswaardig – denk hierbij aan cloud-platformstrategie, integratie-strategie en ERP-landschapsontwerp.
Duurzaamheidstransitie
“De transitie van een focus op fossiele brandstoffen naar een onderneming in groene energie vergt een significant ander businessmodel. Een voorbeeld: de raffinaderij in Pernis wordt omgevormd tot een Energy & Chemicals Park voor hernieuwbare energie. Onderdeel van de transitie zijn ook te integreren acquisities. Daarnaast zijn deelnames en joint-ventures zoals met de NAM een belangrijk onderdeel van het nieuwe model.
Last but not least is Shell bezig aan een transitie van productoriëntatie naar meer klantoriëntatie. De kantelingen van fossiel naar groen en het veel meer sturen op klantdata vergen een ingrijpende verandering van de supply chain, en daarmee een herijking van het businessmodel.
“Dit alles vereist flexibiliteit en impliceert een totaal andere managementaansturing met een andere digitale ondersteuning van de besluitvormingsmodellen”, aldus de Chief Architect.
Leidende principes
Shell heeft zes leidende architectuurprincipes gedefinieerd, die in de gehele IT-organisatie gebruikt worden. Voorbeelden zijn: ‘experience matters, differentiate where it counts’, ‘apply market standard solutions unless’ en ‘build connected ecosystems’.
Daaronder komen twintig enterprise-principes die door alle architecten in het hele bedrijf worden gebruikt. Per regio/domein of CoB zijn er dan nog extra principes, toegespitst op de specifieke eisen die daar spelen. Veel standaarden, waaronder bepaalde datastandaarden, komen ook van buiten. Bijvoorbeeld via de toepassing van cloudgebaseerde oplossingen. Deze moeten vanzelfsprekend aansluiten bij de architectuurprincipes van Shell.
Bij Shell staat het business capability-denken centraal. Dat is goed voor het overzicht en de beheersbaarheid van de informatiestromen, maar ook voor de integreerbaarheid en de adaptiviteit. Voor het senior management wordt ook de transitie naar een groener en meer klantgeoriënteerd businessmodel in beeld gebracht, met inbegrip van eventuele transitie-stadia.
De Bruijne: “Het formuleren van de business capabilities met de business zelf geeft hen de bevestiging dat er daadwerkelijk naar hen wordt geluisterd. Business capabilities zijn immers hun taal. Ook bij overnames van ondernemingen wordt gekeken naar de aanwezige datastructuren en business capabilities. De architect speelt een belangrijke rol bij de due diligence.”
Connected enterprise
Bij acquisities wordt de integratiestrategie als onderdeel van het overnameproces opgesteld. Afhankelijk van de aard van de acquisitie, en de IT-systemen die daar onderdeel van zijn, wordt met behulp van architectuur het passende scenario bepaald. “Als IT-systemen in het Shell-landschap worden opgenomen zijn vaak extra voorzieningen nodig om te zorgen dat ze voldoen aan de juridische eisen. Dan wordt die component omgevormd en geïntegreerd in onze architectuur.”
Belangrijke uitgangspunten voor connectivity zijn volgens de Chief Architect: gereed zijn voor elk business-scenario, verbeterde UI-standaarden die zonder training kunnen worden gebuikt, en het gegeven dat de leveranciers van morgen anderen kunnen zijn dan die van vandaag.
Shell opereert in een uitdijende oceaan aan IT-services en (intelligente) IT-objecten, zowel intern als binnen het ecosysteem. Om dit allemaal samen te kunnen voegen tot een coherent en consistent Shell-breed IT-landschap is een geavanceerde architectuur nodig. Ard de Bruijne: “Rigoureuze standaardisatie en intelligente integratiepatronen en dito platformen zorgen voor de integreerbaarheid van data, processen, clouds en serviceproviders.” De Chief Architect is eindverantwoordelijk voor maximale connectiviteit.
Taal en visualisaties
De business erkent de grote waarde van architectuur bij het maken van keuzes voor oplossingen. Maar de business denkt ook mee over de accountability ervan en over de vraag wat zoiets betekent in de mogelijke context van volgend jaar en verder in de toekomst. Architecten bieden eventuele oplossingsalternatieven. Ze worden vaak door de vier divisie-CIO’s ingezet. “De kunst is qua architectuur en IT niet te ver voor de business uit te lopen. Want dan raak je ze kwijt.”
De Shell-architect moet de businesstaal kunnen spreken en voldoende doorgronden wat zich in de business afspeelt. Hij of zij moet weten welke technologieën in het proces toepasbaar zouden kunnen zijn. De architect hoeft dus geen nieuwe businessmodellen te bedenken, maar moet zaken kunnen structureren en inzicht geven hoe de digitalisering kan worden vormgegeven. De Shell-architect moet de businessmanager helpen door de consequenties te laten zien van haar of zijn beslissingen – en dus de spiegel voorhouden.
Voor het senior businessmanagement worden specifieke visualisaties gebruikt, gericht op de specifieke vraag van de stakeholders. De architectuurplaten zijn dus in feite praatplaten, waarbij de businessmanagers kunnen zien welke impact de mogelijke alternatieven of moeilijke ingrepen kunnen hebben. “Naast de gebruikelijke presentaties worden ook andere media toegepast, zoals podcasts, om de doelgroep te informeren.”
De Shell architectuur is vastgelegd in een Archimate-model, waarbij de elementen zijn opgeslagen in een repository. Laatstgenoemde is cruciaal voor de borging van de consistentie in de ontwikkelfasen en het onderhoud. Daarin worden modellen en beslissingen gedocumenteerd. Die zijn vaak van toepassing op productteams. De modellen en beslissingen worden vervolgens gepubliceerd in de collaboration-omgeving. De Archimate-plaatjes worden soms gebruikt door de business, maar met name in de samenwerking met de engineering teams.
Architectuurvernieuwing
Shell zorgt voor voldoende financiële ruimte om nieuwe architecturen en concepten te onderzoeken en te introduceren. Architectuurvernieuwing vergt immers veel uitproberen. De norm is dat ongeveer vijf procent van het ontwikkelbudget naar architectuur gaat. Dat is inclusief de technische onderbouwing op hoofdlijnen – niet het technisch detailontwerp zelf. Voordeel voor Shell is dat de grote tech-leveranciers op deze wereld bereid zijn te luisteren en mee te denken. “Ieder innovatief techbedrijf etaleert zich graag met ons als klant.”
Shell werkt vaak nauwelijks zichtbaar samen met key suppliers om te voorspellen en te verkennen wat er in de digitale wereld mogelijk gaat gebeuren. Aansluitbaarheid op de architectuur van de samenwerkende partners in het ecosysteem is cruciaal. Naast de architectuur spelen commerciële, technische en IT-technische zaken een voorname rol. Op enterprise-niveau worden guidelines geformuleerd voor integratie in het ecosysteem. De daadwerkelijke aansluiting is de verantwoordelijkheid van de architect in de specifieke Class of Business. Daar is immers is de aansluitbaarheid onderdeel van de businessactiviteit.
Voor de grotere architectuurbeslissingen maar ook op projectniveau zijn er peer reviews. “Architectuurbeslissingen zijn vaak input voor een breder pakket van beslissingen”, zegt Ard de Bruijne. “De business-sponsor moet zorgen voor het budget en de implementatie in de businessteams. De IT-manager neemt de verantwoordelijkheid voor het implementatiedeel. Zij kijken elk van uit hun eigen hoek mee naar de betaalbaarheid en de haalbaarheid van de architectuurbeslissingen en vragen zich af of die architectuurbeslissingen juist zijn. Dit is ook een soort review-proces.”
Architectuurbeslissingen met grote financiële- en businessimplicaties die de Chief Architect persoonlijk neemt, worden gereviewd door de CIO’s. Het proces van het formuleren, onderhouden en toepassen van architectuur wordt regelmatig geaudit door interne IT-auditors (zie ook kader over structuur en besluitvorming).
Toekomst
Volgens Ard de Bruijne is architectuur een blijvertje, maar qua formulering en gebruik zal er veel gaan veranderen. Wellicht zal het in de toekomst meer gaan naar enablement en minder in het conceptueel structureren. “Medewerkers in staat stellen om op een lager niveau in de organisatie de juiste beslissingen te laten nemen, en ze te voorzien van die regels die nodig zijn om te zorgen dat de oplossingen blijven voldoen aan de doelstellingen qua enterprise architectuur, kosten, technologie en mogelijkheden voor de business. De architect zal mogelijk nog wat dichter in de businesskant van het verhaal komen te zitten, om de managers daar te helpen hun business te begrijpen en te structureren zodat er beter kan worden geautomatiseerd en gedigitaliseerd.”
Over Ard de Bruijne
Ard de Bruijne is afgestudeerd aan de Universiteit Wageningen. Vervolgens is hij ongeveer veertien jaar gaan werken bij een groot internationaal informaticabureau. Hij heeft daar alle kneepjes van het architectuurvak geleerd. Daarna is hij overgestapt naar Shell, waar hij al bijna zestien jaar werkt als architect.
Uitdagend aan het architect zijn vindt hij dat architectuur heel veel aspecten met elkaar verenigt. “Je dient een brede set van vaardigheden te hebben om succesvol te kunnen zijn: hard skills, soft skills, business skills, technology skills. Je moet leiderschap kunnen tonen. En natuurlijk moet je kunnen presenteren en overtuigen.” Verder is hij geïnteresseerd in het onderkennen van architectuurpatronen en daar oplossingen bij te vinden, liefst uit de markt.
Zijn passie behelst de technologie en de toegepaste informatica binnen een bedrijf. Wat voor hem architectuur zo leuk maakt is dat het echt impact heeft. “Je kunt echt het verschil maken. Als ontwikkelaar werk je met een kleinere scope. Als Chief Architect denk je mee over hoe gaat het bedrijf in de toekomst functioneren. Je bent een deelnemer in dergelijke conversaties. Oftewel je passie heeft impact.”
Coaching
Zijn dagelijkse plezier zit in het coachen van het architectenteam, het helpen om problemen op te lossen en het beter te doen. Ook schept hij genoegen in het sleutelen aan complexe problemen om die vervolgens simpel opgelost te krijgen. Hoe te zorgen dat de oplossing redelijk toekomstvast is. Hij houdt dus van complexe problemen en teamcoaching.
Ard de Bruijne vindt dat je als Chief Architect met het team richting moet (kunnen) geven op relevante onderwerpen. Hij verdiept zich persoonlijk in zaken als customer-consumer interactie en het omgaan met data mesh, data-platformen en data lakes. Niet om specialist te worden, maar om doelmatig de inzichten in het team te kunnen samenbrengen in een gedragen beslissing – het doorgronden van de essentie. Hij probeert continu helder te krijgen wat een businessmanager echt interesseert in architectuur. “Dan hebben ze het vaak over kosten, risicomanagement en wat kan ik ermee”, constateert hij. “Dus niet hoe werkt het technisch, maar wat zijn de implicaties van een bepaalde architectuurbeslissing.”
Structuur en besluitvorming
Het hoogste niveau in de besluitvormingshiërarchie betreffende architectuur ligt bij de directeur van de divisie Projects and Technology in de Executive Board. Aan hem rapporteert de Group-CIO die leiding geeft aan het IT-leadershipteam bestaande uit de divisie-CIO’s, de CISO en de Vice President Architecture, Platforms en Data.
Ard de Bruijne rapporteert als Group IT Architect aan de Vice President Architecture, Platforms & Data, zo ook de CDO. Op zijn niveau zitten ook managers die verantwoordelijk zijn voor de security-strategie met onderwerpen als cyber defence en het control framework, Run & Maintain van de IT-solutions van de Classes of Business, managers van software-engineering en IT-managers van de CoB’s. De Group IT Architect heeft dus een peer-relatie met de General Managers van IT in Shell.
Als ‘Chief Architect’ kan Ard de Bruijne aan de noodrem trekken als de IT bij een businessverandering naar zijn mening qua architectuur niet ‘bouwbaar’ is. Voor de rapportagelijn over architectuur, van Solution Architect tot CIO, geldt:
- Beslissingen worden zo laag mogelijk in de hiërarchie genomen.
- Kwaliteitscontrole alleen op het verwerken van guidelines van de hogere architectuurniveaus.
- Kwaliteitscontrole alleen in Architecture Review Boards (ARB’s) voor grote productincrements en grotere/complexe projecten.
- CIO-empowerment van architectuur voor technologie-beslissingen – en accountable als het misgaat.
- De architectuurlijn bij Shell is gescheiden van de engineeringslijn, de operatie, de CISO en de business-IT-alignment.
Architecten bij Shell
Shell heeft op dit moment ongeveer 700 architecten. Shell-breed zijn er Enterprise Architecten, die op Shell-niveau direct interacteren met de businessstrategieteams. Men praat over vraagstukken als de digitalisering van de hydrocarbon-businessprocessen, het B2B-netwerk en dergelijke.
De Enterprise Architect is verantwoordelijk voor de maakbaarheid van de ondersteunende IT. Daarnaast zijn er gespecialiseerde architecten – zoals voor security en enterprise data. De 450 Solution Architecten werken op product- en projectniveau bij een van de CoB’s en rapporteren in de lijn aan de VP Architetcure, Platforms en Data.
Bij Ard de Bruijne werken ongeveer 250 architecten. Aan hem rapporteren tien ‘seniors’ die allemaal een deel van Shell afdekken. Deze senior-architecten hebben tevens een managementfunctie, waaronder HRM-achtige taken. Onder hen vallen weer architecten die een deel van een domein onder hun hoede hebben.
De Enterprise Architect houdt zich bezig met de guidelines, policies en modellen op het hoogste architectuurniveau. Die moeten borgen dat alle lagere architecturen uniform en coherent zijn. Dat impliceert exchange-modellen en scoping of business – zeg maar een functionele decompositie. Hij of zij heeft op een groter businessdomein de volledige leiding over het architectuurontwerp.
De Enterprise Architect houdt zich samen met de business bezig met het opstellen van de architectuur-roadmaps. Daarnaast staat nog een IT-strategiemanager, die verantwoordelijk is voor onder andere de sourcingsstrategie – wat, hoe en waar. Op CoB-niveau zitten eveneens Enterprise Architecten en het is de bedoeling om de rol ook in de divisies en de technologiedomeinen te introduceren.
De belangrijkste instroom van architecten komt uit Shell’s engineering-teams, daarnaast worden ‘ervaren externen’ aangenomen. Ook selecteert het bedrijf eigen talent met een architecten-potentieel en schoolt die om. De Shell-teams worden aangevuld met consultants voor flexibiliteit en de inbreng van externe kennis in het team.
Fotografie: Eric Shambroom